Met en van elkaar leren

“Vorig schooljaar, toen onze school net begonnen was met dit programma, nam ik als docent deel aan een gesprek met collega’s en Saxion. Het sprak me gelijk aan, want ik zie natuurlijk ook dat er wat moet gebeuren. Er is een grote groep leerlingen die netjes doet wat gevraagd wordt. Én er is een grote groep leerlingen die echt wat anders nodig heeft. En dat begrijp ik ook wel, want we doen eigenlijk nog hetzelfde als toen ik op de havo zat. Terwijl de wereld en dus ook de leerlingen echt wel anders zijn dan toen, dus ook het onderwijs mag anders!” vertelt Bart Schuchard, docent Economie en projectleider Havo van de Toekomst.

“Vooral in de bovenbouw zie je een groep leerlingen die moeilijker te motiveren is. Het lijkt alsof het ze niet zo boeit. Het zijn vaak de leerlingen ‘van de zesjes’, die voor het examen even wat meer doen en dat dan met goede cijfers halen. Maar dat is natuurlijk niet de bedoeling van school! Je wil graag leerlingen die het leuk vinden om te leren en die graag naar school gaan. Én minstens zo belangrijk: dat ze op school ook voldoende gevoed en uitgedaagd worden, zodat ze ook echt leren en verder komen.”

Hier ligt echt een uitdaging voor de scholen, want dit vraagt echt wat anders dan hoe we het nu doen. “Als leerlingen hier komen vanuit de basisschool, willen en kunnen ze vaak van alles, zoals hoofdrekenen. Maar binnen de kortste keren vinden ze het lastig, kunnen ze veel dingen niet meer en gebruiken ze “voor de zekerheid” alleen nog de rekenmachine. Het lijkt wel of we ze onbewust van alles afleren. Misschien heeft het er ook mee te maken dat ze in groep 8 de oudste zijn op school en alles kunnen, en dat ze hier weer onderaan moeten beginnen en aan de hand worden genomen in plaats van voor vol aangezien.”

Aanpak

“Een van de dingen die ik mooi vind aan Havo van de Toekomst, is dat je met een groep collega’s werkt aan de vernieuwing en daarbij ondersteund wordt door een coach. Daardoor begonnen we met vragen die ik anders wellicht niet zou stellen: wat vind jij leuk en welk onderwijs wil jij geven? Waar wil jij meer over leren en wat is er nodig voor leerlingen om tot leren te komen? Wat wil je onderzoeken en waar wil je mee experimenteren? 
Vervolgens hebben we ons allemaal verdiept in de motivatie van de leerling. En daarbinnen zijn we bezig met onze subthema’s. Zo kun je ook veel gerichter onderzoek doen. De kennisbouwplaats hebben we hier zeker ook bij gebruikt, naast andere bronnen die we zelf gezocht hebben. Het is fijn dat je er zoveel informatie en tools beschikbaar zijn. In de fase waar we nu zitten, het ontwerpen van het onderwijs, zijn de praktische tools zoals het boek ‘Groegerichte leermentatliteit’ ook heel handig. Echt een aanrader!”

Werken met wat wel werkt

“Het vernieuwen van onderwijs betekent niet dat we helemaal opnieuw moeten beginnen. Er is genoeg wat wel goed werkt in het onderwijs én er zijn al diverse mooie voorbeelden van nieuw onderwijs waar je elementen van kunt gebruiken. Denk aan International Business College en het Technasium. Voor een groep leerlingen werkt dit super, zij vinden het veel leuker om bezig te zijn en opdrachten te doen, in plaats van vooral te luisteren naar wat de docent vertelt. Van die voorbeelden kun je ook leren dat je soms beter klein kunt beginnen in je eigen klas of in een kleine groep, om het breder in te zetten als blijkt dat het goed werkt. Dat past ook mooi bij ‘Groter denken, kleiner doen’.”

De andere manier van onderwijs inspireerde en motiveerde ook mij en mijn collega’s!

Met en van elkaar leren

Elke maand komt het hele leerteam samen: de docenten, teamleider en coach. “Tussendoor weten we elkaar ook te vinden, om even mee te kijken, te sparren of elkaar te helpen. Om te zorgen dat we elkaar ook echt opzoeken, ben ik een beetje de kartrekker in het team. Zo plan ik de maandelijkse bijeenkomsten, regel ik waar nodig praktische dingen of praat ik collega’s bij die niet bij het overleg konden zijn. Zeker nu met Corona is dit belangrijk. Want naast dat iedereen hier hartstikke druk mee is, werk je ook veel minder samen op school. Het hele proces gaat hierdoor toch ook wat langzamer dan ik had gedacht aan het begin van dit schooljaar. Maar gezien de omstandigheden ben ik blij dat we ons daardoor niet laten ontmoedigen en nog steeds volop bezig zijn met het vernieuwen van ons onderwijs.

Het uitgangspunt in het programma is dat leerteams zelf het initiatief nemen voor degelijke uitwisselingen. Bart merkt hij dat de scholen onderling niet zo snel contact met elkaar opnemen. “Blijkbaar is er toch een drempel. Wellicht omdat je elkaar eigenlijk niet kent en iets organiseren vaak extra werk oplevert, terwijl iedereen al zo druk is. Dat is wat mij betreft wel een aandachtspunt, want als je van de andere scholen weet waar ze mee bezig zijn en hoe dat gaat, maakt het wel makkelijk om echt iets neer te zetten samen!”

Wanneer is het gelukt?

“Voor mij is het geslaagd als we met bepaalde aanpak komen, breed gedragen door leerlingen en collega’s, dat echt leidt tot ander onderwijs. Onderwijs dat docenten graag geven én dat leerlingen graag volgen. Zodat ze hun motivatie weer terugkrijgen en weer voelen hoe waardevol het is om naar school te gaan. Dat ze echt aan leren toekomen én er weer plezier in hebben!”

Meer weten?

Wil je meer weten over de aanpak en hoe je echt met en van elkaar kunt leren?

Gerelateerde artikelen

Meer weten?

Wil je meer weten over de aanpak en hoe je echt met en van elkaar kunt leren?